Als ouder gaan we er vaak vanuit dat ons kind wel in gesprek gaat met ons wanneer we vragen stellen over alledaagse dingen zoals de schooldag, een feestje of buitenspelen.
In de realiteit weten veel ouders dat het ene kind dit gemakkelijker doet dan een ander kind. Op het moment dat de alledaagse gesprekjes al moeizaam verlopen omdat jouw kind van nature geen spraakwaterval is, zijn de gesprekken waarbij je je kind iets wilt laten leren nog een extra uitdaging.
Bijvoorbeeld wanneer er iets gebeurd is op school, of je kind iets gedaan heeft waarover je het wilt hebben.
Als ouder kun je hier in een aantal stappen mee aan de slag.
In gesprek gaan met je kind, begint bij een goede basis. Investeer in de goede band met je kind door dagelijks, laagdrempelige gesprekjes te hebben met je kind (Over ‘koetjes en kalfjes’).
De manier waarop je kind dit fijn vindt, kan bij elk kind verschillend zijn. Wat vindt jouw kind prettig? Gebruik de stappen hierbij als handig hulpmiddel:
Stap 1: kies het juiste moment voor een gesprek
Zoek per kind het moment waarop hij of zij het prettig vindt om met jou in gesprek te zijn.
Stap 2: begin met luisteren
Sluit dan aan bij de belevingswereld en interesses van je kind. Leren luisteren helpt ook bij opstandig gedrag van je peuter.
Stap 3: toon begrip
Zorg dat je ook echt interesse en aandacht hebt voor je kind.
Stap 4: benoem gevoelens
Stel gerichte, open vragen. Maak hem gericht: “Wat heb je tijdens de pauze gedaan?”. “Met wie heb je gespeeld?”. Dit is ook belangrijk om te leren omgaan met emoties bij je kind.
Stap 5: samen zoeken naar oplossingen
Reageer zonder oordeel. Zoek ook naar alternatieven voor straffen, dat is niet altijd nodig.
Stap 6: afsluiten met verbinding
Sluit het gesprek af. Benoem dan dat je weer door gaan naar een volgende activiteit.
Als je dagelijks zo’n moment creëert, versterk je de band met je kind.
Praktische voorbeelden praten met je kind
Voorbeeldinhoud & suggesties:
- Na school: je kind komt moe of prikkelbaar thuis, wil meteen wat eten, wil even alleen zijn. In zo’n moment kun je iets zeggen als: “Ik zie dat je moe bent, wil je even alleen of zullen we samen iets lekkers pakken en praten over je dag?”
- Bij bedtijd: vaak zijn kinderen dan al overgestimuleerd. Hier kun je vragen: “Wat vond je vandaag het leukste om te doen?” in plaats van direct te vragen naar huiswerk of taken.
- Na ruzie: wanneer er ruzie is geweest met broer/zus of vriendjes, kan je vragen: “Wat gebeurde er precies?” en luisteren zonder direct oordeel. Daarna samen kijken wat anders kan.
- Over schoolmomenten: als je kind thuis komt met iets dat op school gebeurde, zoals conflict, teleurstelling, lof, etc., kun je vragen “Wat was vandaag lastig?” of “Wat heb je geleerd vandaag?”, dat nodigt uit.
Deze voorbeelden geven je concrete momenten waarop de “gesprek-stappen” toepasbaar zijn in wat alledaagse situaties. Probeer onze tips en je zult zien dat je snel beter wordt in praten met je kind.
Je geeft kind op deze manier meer vertrouwen en opening om ook over lastige situaties in gesprek te gaan. Die opnieuw van jou als ouder een aantal stappen vragen. Wil jij al deze en nog meer opvoedvaardigheden toevoegen aan jouw skills, kijk dan eens bij ons Programma Rust in Ouderschap. Waarbij we stap voor stap alle componenten van de opvoeding behandelen. Zodat jij als ouder elke situatie aan kunt gaan vol vertrouwen in je inzet en je kinderen de vaardigheden meegeeft voor de rest van hun leven!